Netwerkcafé onderzoek en onderwijs

Netwerksamenwerking

Jorick Scheerens en Irma Rabelink zijn doorgewinterde experts in kennisuitwisseling tussen onderzoek en onderwijs. In “Netwerkcafé onderzoek en onderwijs” vertellen zij hoe ze te werk gaan én halen ze interessante inzichten op bij de deelnemers.

Scheerens en Rabelink hebben samen al decennia ervaring in het delen van kennis. Scheerens richtte in 2015 de stichting Practoraten op. Een practoraat is de mbo-variant op het lectoraat op het hbo. Inmiddels zijn er in Nederland zo’n 140 practoraten. “Wij willen de rol van practoraten verbinden, versterken en versnellen”, vertelt Scheerens. Zijn stichting heeft drie doelen: curriculumversterking, docent professionalisering en het versterken van de verbinding met het regionale bedrijfsleven.

Irma Rabelink is manager zorg en welzijn bij de Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Deze stichting ontwerpt en produceert opleidingsproducten en examens voor het mbo. Een belangrijk project van de Stichting Consortium Beroepsonderwijs is Digi-info. Dat helpt mbo-studenten om te zoeken in betrouwbare internetbronnen. “Als je weleens googlet weet je dat de eerste resultaten altijd betaalde links zijn, maar het zijn niet per definitie de betrouwbaarste links.” Voor Digi-info maken vakexperts een selectie van links naar relevante informatie, die vervolgens met hulp van kunstmatige intelligentie actueel worden gehouden.

In gesprek

Aan welke kennis is gebrek in jouw beroepspraktijk? is één van de vragen die de aanwezigen voorgelegd krijgen. Eén iemand vindt dat er weinig aandacht wordt besteed aan de zorgprofessional als werknemer. “Wat zijn de risico’s van mijn werk? Hoe weer ik me tegen risico’s? Hoe zit het met sociale veiligheid? Dat vind ik verbazingwekkend, want de rol als medewerker heb je veel langer dan de rol van student.”

“Ik vind het heel waardevol dat je dit deelt, want we hebben hier vanuit het consortium wel aandacht voor”, reageert Rabelink. Op verzoek van de beroepspraktijk ontwikkelde het consortium een paar jaar geleden al een module ‘Omgaan met agressie’. Hoe zit het bij de practoraten? Krijg het thema daar al aandacht? “Nog niet specifiek”, zegt Scheerens. “Er is een practoraat over een leven lang leren, waar het wel onderdeel van is.”

Irma Rabelink, Manager Zorg en Welzijn bij Stichting Practoraten en Stichting Consortium Beroepsonderwijs

Persoonsgerichte zorg

Aan de andere tafel merkt iemand op dat er in de opleiding misschien meer aandacht moet zijn voor persoonsgerichte zorg. “Ik werk veel met hbo’ers, en ik merk soms dat ze niet zo goed weten waarom ze iets doen. Waaróm ze bijvoorbeeld een katheter plaatsen? Ik mis soms de interesse. Het handelingenboekje is heilig.” “Vanuit het mbo krijgt klinisch redeneren veel aandacht”, vertelt Irma. “Het werkproces is maar een klein onderdeel van het kwalificatiedossier. We leren studenten hoe ze kijken naar de vraag achter de vraag. Hoe kijk je naar de mens achter de arm waar die spuit in moet? Ik ben wel benieuwd naar waar de verschillen tussen hbo’er en mbo’ers vandaan komen.”wat wil je met deze laatste zin zeggen?

Eén van de aanwezigen kaart aan dat ze vindt dat de kwaliteitsdossiers heel ruim zijn opgezet. “Daardoor verschilt het per opleiding en zelfs per docent wat iemand bijvoorbeeld leert over dementie.” Dat herkent Rabelink wel. “In het kwaliteitsdossier staat bijvoorbeeld: heeft specialistische kennis over fysiologie, anatomie en pathologie. Maar dat is heel algemeen. Vanuit de Stichting Consortium Beroepsonderwijs ontwikkelen we daarom ‘Bodies of Knowledge’ waarin we dit specifieker invullen.”

Flinke klus

Het pensioen van Rabelink begint na deze workshop, maar ook zonder Irma zal ‘’ het consortium de komende jaren hard blijven werken aan betere opleidingen en dus betere zorgprofessionals. Ook Scheerens heeft die ambitie. “We willen kennis uit onderzoek het onderwijs laten bereiken, zodat we niet afhankelijk zijn van docenten die vakliteratuur lezen of ook deels in de praktijk werken. Daarvoor hebben we met z’n allen nog een flinke klus te klaren.”